Broer of zus erbij

Ook voor grote zus of broer is de komst van de baby een grote verandering. Bereid je kind(eren) goed voor op de komst en geef ze ook na de geboorte voldoende aandacht.

Voor de geboorte

  • Lees samen een boekje over de komst van broertje of zusje, toon de echo’s en vertel erover, voel samen de bewegingen van de zwangere buik, ...
  • Schrik niet als je peuter niet meteen reageert op de aankondiging van een zwangerschap. Aangezien hij er zich niets bij kan voorstellen en het allemaal heel abstract is, weet hij ook niet hoe er op te reageren. 
  • Praat regelmatig met je peuter over de veranderingen die de baby met zich mee zal brengen. Maar schenk ook voldoende aandacht aan datgene wat niet verandert. 
  • Vertel vooraf wat er zal gebeuren als het kindje geboren wordt: mama zal een tijdje niet thuis zijn en waar gaat je kind op dat moment naartoe? 

Na de geboorte

  • Geef, in alle drukte na de geboorte, ook aandacht aan de andere kinderen. Vraag eventueel iemand anders om even met de baby bezig te zijn. 
  • Laat de andere kinderen naar de baby kijken en hem aanraken wanneer ze willen. Vraag of ze willen helpen bij de verzorging. Hou samen de baby vast of vraag je peuter om een luier of andere spulletjes voor je te nemen. Forceer het niet, laat ze op eigen tempo wennen aan de aanwezigheid van de baby. 
  • Blijf altijd oplettend. Want hoe goed ze het ook bedoelen, soms zijn kinderen nog niet zo handig met knuffelen of vergeten ze al eens hoe kwetsbaar een baby is. 
  • Probeer je kind niet te dwingen in de rol van grote broer of zus, die altijd beter moet weten en steeds zorgzaam moet zijn. Groot zijn is vaak leuk maar soms wil je kind ook gewoon klein zijn, op je schoot zitten en vertroeteld worden als een baby. 
  • Vertel je andere kind dat al wat je nu doet voor je baby, je ook deed toen die zo klein was. Dit is het moment om foto’s en video’s te tonen van zijn eerste badje of uitstapjes. 
  • Geef de kinderen vooral complimentjes en positieve aandacht als ze lief zijn voor de baby. 
  • Geef duidelijk aan wat niet mag, maar schenk geen overdreven aandacht aan kleine tekenen van jaloezie. 
  • Laat je kinderen zoveel mogelijk hun ritme van voordien voortzetten. Breng ze naar de opvang, school of activiteiten zoals voorheen. 
  • Wees niet boos als een ouder kind plots enkele vaardigheden verleert: in broek of bed plassen, op duim zuigen, minder vlot praten, … Dit zijn normale reacties die snel weer weggaan.